Slimme onhandige mensen

  • vr, 05 jan 201820:10

‘Hoe komt het dat slimme mensen soms zo onhandig zijn?’


In onze nieuwsbrieven schrijven we over onderwerpen die we in onze adviespraktijk tegenkomen.  Dit keer een opmerkelijk fenomeen: mensen die goed scoren op de reken- en taaltesten maar die verder absoluut niet handig zijn en er moeite mee hebben om zaken logisch met elkaar te verbinden.  Als het bijvoorbeeld op regelen en organiseren aankomt dan weten deze mensen moeilijk een oplossingsstructuur te bedenken. Ze zijn als het ware wel intelligent maar niet wendbaar oftewel, ze weten hun kennis niet op een creatieve en praktische manier in te zetten. Dit fenomeen wordt ‘temporaal /performaal kloof’ genoemd of een lichte vorm van dyspraxie.  Er is sprake van een t/p kloof als er tussen beide aspecten een verschil in score van meer dan 15% op de IQ test bestaat.

De‘Temporale intelligentie’  (ook wel genoemd ‘verbale intelligentie’ of ‘gekristalliseerde intelligentie’) staat voor de klassieke ‘schoolse’ intelligentie waarbij feiten worden opgeslagen. Onderdelen van temporale intelligentie zijn onder andere: abstract redeneren, algemene kennis, rekenkundig inzicht en geheugen.

De ‘tegenhanger’ van temporale intelligentie is de performale intelligentie. Performale intelligentie is die intelligentie die niet met taal te maken heeft en die ook niet in taal is uit te drukken. Bij de performale intelligentie draait het niet om het beantwoorden van vragen, maar om het uitvoeren van taken. Het kijkt naar de niet-taalgebonden vaardigheden, zoals ruimtelijk voorstellingsvermogen, motoriek, sociale wendbaarheid en planning.

Om het eenvoudig uit te drukken: temporale intelligentie heeft te maken met opslagcapaciteit en het reproduceren van informatie, performale intelligentie is het mentale vermogen om met de opgeslagen informatie op een praktische manier aan de slag te gaan. Veelal hebben dyspraktische mensen er moeite mee om zich ergens een voorstelling van te maken. Het is voor hen dan ook weleens lastig om zich te verplaatsen in de belevingswereld van anderen of om bepaalde opdrachten te begrijpen.

In de hersenen zijn de zogeheten temporale kwabben,  (die grofweg achter de oren zitten) verantwoordelijk voor de werking van geheugen, gehoor en taal. In normale situaties werken onze beeld- en taalverwerking samen, maar bij een kloof verloopt die samenwerking niet zo vlot. Een beeld vormen van een situatie (de visualisatie) gebeurt als gevolg van verbaliseren oftewel, je brengt dingen voor jezelf onder woorden waardoor je een situatie gaat begrijpen. Als iemand anders iets uitlegt dan is die beeldvorming een stuk zwakker dan wanneer je de verbalisatie zelf doet. Je kan dan een situatie krijgen waarin je het gevoel krijgt dat het ‘muntje niet valt’ als iets wordt uitgelegd.

Als mensen er moeite mee hebben om praktische zaken te verwoorden dan kunnen ze wel theoretisch intelligent zijn maar praktisch gezien daarbij achterblijven. Is er een oplossing voor dit probleem? ‘Mind mapping’ is een methode om informatie op een eenvoudige manier samen te vatten. Door gebruik te maken van beelden, kleuren en patronen waardoor beide hersenhelften worden geactiveerd ontstaat er sneller inzicht. Je moet dus leren om de dingen die je waarneemt te verwoorden. Het blijft echter lastig om eenmaal ingesleten patronen te veranderen.